lakenvelder varken, 2013
a look-alike
lakenvelder varken en geit
Met dank aan Esther Stam, Studio Modijefsky.
Geschiedenis van de Lakenvelder koe
Hoewel in het buitenland soms beweerd wordt dat het van oorsprong een Nederlands ras is, is dat niet aangetoond en daarom onzeker.
Dit komt doordat de registratie destijds nog niet sluitend was, stamboeken bestonden nog niet en van oormerken en Identificatie en Registratie had helemaal nog niemand gehoord.
Het is wel aannemelijk dat de Lakenvelder een Nederlands ras is.
De lakenvelder is een al eeuwenoud ras.
Al in de 12e eeuw wordt er, in de vorm van een beschrijving, in Nederland melding van gemaakt van Lakenvelders.
De vroegst bekende afbeelding is een schilderij uit ongeveer 1450.
In de 17e en 18e eeuw werden parkrunderen, zoals lakenvelders ook wel worden genoemd, vooral gehouden op de buitens van landadel en patriciaat.
Met het grotendeels verdwijnen van deze landgoederen in de 20e eeuw werd de lakenvelder met uitsterven bedreigd, en niet voor het eerst.
Op het dieptepunt waren er in heel Nederland nog zo’n 300 lakenvelder runderen, een aantal dat inteelt en een hoge verwantschap binnen de populatie onvermijdelijk maakt zo lang er streng geselecteerd wordt en er geen vers bloed wordt toegelaten.
Heden
Er zijn in Nederland ongeveer 3000 lakenvelder runderen en dit aantal is groeiende.
Lakenvelder runderen zijn er in twee kleuren “Rood wit” en “Zwart wit”, het merendeel van de populatie heeft de kleur “Rood wit”.
Net als bij de rassen MRIJ, Fries Hollands, Holstein Friesian enzovoort, is ook bij de lakenvelder de zwarte kleur dominant over de rode kleur.
Bij het kruisen van beide kleuren is daarom de roodfactor van belang.
De lakenvelder wordt vooral gewaardeerd om haar vriendelijke karakter en haar probleemloosheid.
Met name zorgboerderijen, kinderboerderijen en hobbyboeren werken graag met lakenvelders.
Door de goede voederomzetting en het gemakkelijk afkalven wordt de lakenvelder ook steeds populairder bij natuurbegrazingsprojecten.
Het fokken van lakenvelders is een kunst.
Aan de ene kant moet het dier goed van bouw zijn, zodat het dier zich zelf prima kan redden, aan de andere kant is een mooie aftekening gewenst.
Door op meerdere eigenschappen te selecteren is een snelle genetische vooruitgang op alle eigenschappen onmogelijk.
Een kudde goede koeien fokken met een fraaie uniforme aftekening vraagt tijd, geduld en energie.